'Binnenvaart moet durven pionieren met waterstof’

Deskundigen moeten berekenen of de overstap van fossiele en vervuilende brandstof naar waterstof uit wind-, zonne- en waterkrachtenergie operationeel en economisch haalbaar is. Op 8 januari is een werkgroep voor het eerst bijeen geweest aan boord van het ms Archimedes. Op 21 februari volgt een nader overleg.

Bij de PTC, opgericht op 7 januari 1994, zijn zo’n vijftig schippers aangesloten. Al sinds 2012 zijn Martin Seine (financieel directeur) en Hans Hulsker (aquisitie-manager) namens deze groep actief bezig met het onderwerp: het schoner krijgen van de binnenvaart. Vanaf 2012 met additieven om op CCR2-niveau te komen en sinds 2016 met de volgende stap: waterstof. “Dat is noodzakelijk vanwege de reglementering die eraan komt. Denk aan de Stage V-motoren of milieuzones waar alleen schepen met een CCR 2-motor (of beter) in 2025 mogen komen. Dat betekent nogal wat voor de binnenvaart”, aldus beide heren.

Haast is geboden, want in 2020 mogen er geen nieuwe CCR 2-motoren meer geplaatst worden. De binnenvaart moet dan over naar Stage V. “Dat vergt een grote investering”, weet Seine. “Veel mensen zullen dan de afweging maken of ze hun schip naar de sloop zullen brengen. Het gaat daarbij vooral om schepen onder de 1500 ton. Schepen van veelal man-vrouwbedrijven en waarvan zowel de schepen als de eigenaren al wat ouder zijn”.

“Met sloop is niet alleen het schip weg, maar tevens de pensioenvoorziening van deze mensen. Terwijl er in die categorie ook geen nieuwe schepen voor terugkomen, omdat nieuwbouw economisch niet haalbaar is. En daarmee begint dus de verplaatsing van vervoer van het water naar de weg. Waardoor de milieubelasting verder toeneemt - precies het tegenovergestelde van wat de overheid als beleid uitdraagt”.

Bestaande motoren

Voorlopig vaart een groot deel van de binnenvaartvloot nog met oudere motoren. Daar valt best nog mee te werken, omdat de gasolie al een factor 100 schoner geworden is dan vroeger en mits erin wordt geïnvesteerd. En als die opwaardering vervolgens maar kan worden gecertificeerd. “Een bestaande motor opwaarderen naar CCR 2 is al een hele stap. Maar om die norm ook nog gecertificeerd te krijgen, lukt na drie jaar nog steeds niet”, weet Seine.

“Destijds heeft de overheid nieuwe CCR 2-motoren op de bank gezet en goedgekeurd. Bestaande motoren kunnen ook aan die normen voldoen en zouden dus voor her-certificering in aanmerking moeten komen. Al sinds 2014 ligt er een aanvraag van een proefschip bij Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), voorzien van een rapport om die aangepaste motor goed te keuren".

"Het is verbazend dat de overheid die handschoen nog niet oppakt. En dat terwijl in 2014 tijdens een congres alle beleidsmedewerkers van gemeenten, provincies, het Rijk, universiteiten et cetera gehoord hebben van die mogelijkheid tot opwaardering en het een geweldig plan vonden. En dat, terwijl het een plan is waarvoor geen subsidie gevraagd werd. Dan moet je toch reageren… Helaas, het is op een plank terecht gekomen”.

Maar wellicht komt het er nog van. Na een overleg eind november 2017 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat, Cora van Nieuwenhuizen, gezegd dat er in het eerste kwartaal van 2018 over beslist wordt.