Duitse binnenvaart eist financiële compensatie voor 'kolen-exit'

Het plan van de Duitse overheid om alle kolengestookte elektriciteitscentrales te sluiten, stuit onder meer op hevig verzet van de binnenvaartsector. Zo eist brancheorganisatie BDB al een financiële compensatie daarvoor. Een week eerder had het ministerie van economische zaken de kolen-exit aangekondigd.

BDB-president Martin Staats (MSG, Würzburg): “Het bondsministerie is zich kennelijk niet bewust van de mate waarin de binnenvaart en binnenhavens zullen worden getroffen door de kolen-exit. Het wetsontwerp zwijgt hier volledig over".

En: "Hier zorgt de overheid voor de vernietiging van een transportsector en logistieke markt, zonder na te denken over de zakelijke en economische gevolgen voor de betrokken handel en over de situatie van de werknemers binnen dit segment. We eisen daarom dat de federale overheid hier voldoende rekening mee houdt en financiële compensatie biedt aan de binnenvaart".

De reductie van het steenkoolgebruik moet al in 2022 beginnen. Rond 2030 moet deze vorm van elektriciteitsproductie zijn teruggebracht tot acht gigawatt. Alle kolengestookte energiecentrales moeten uiterlijk in 2038 dicht zijn - indien nodig zelfs onder dwang.

Afgestemd

Het doel van de federale overheid om de opwekking van energie met steenkool tot nul terug te dringen, heeft echter ingrijpende gevolgen voor de transportsector. “Naast ertsen, stenen en aarde, evenals aardolieproducten, is steenkool een van de belangrijkste goederengroepen voor de binnenvaart”, zo laat de BDB in een verklaring weten. In totaal wordt ongeveer 35 miljoen ton steenkool over Duitse rivieren en kanalen getransporteerd. Vooral de energiecentrales in het Ruhrgebied hebben hun bevoorradingslogistiek bijna volledig afgestemd op de waterweg.

Over het Wesel-Dattelnkanaal, het Datteln-Hammkanaal en het Dortmund-Emskanaal bijvoorbeeld wordt gemiddeld meer dan vijf miljoen ton kolen per jaar getransporteerd. De binnenvaart en de kolenterminals in de binnenhavens zijn daarom systeempartners van de energiecentralesector, zo stelt de BDB. “Er zijn bedrijven die hun activiteiten vrijwel volledig hebben gericht op de logistiek van de steenkoolvoorziening”.

‘Veel te snel’

Voor de binnenvaart en haar partners op het stelsel van waterwegen komt het einde van elektriciteitsopwekking op basis van kolen veel te snel. In de reductieperiodes van 2022 tot 2038 zal het heel moeilijk worden om nieuwe markten te ontwikkelen en alternatieve transportgoederen te verwerven - vooral op een schaal die geschikt zou zijn om de hoeveelheid van instortend kolenverkeer te compenseren. Met een voorzichtige schatting zal het dreigende omzetverlies alleen al duidelijk in het drievoudige van miljoenen per jaar liggen. Er is nog geen rekening gehouden met de vervolgkosten voor de bedrijvigheid.